Mijn opa is in 2006 overleden. Ik had een tijdje daarna zo’n betekenisvolle droom over hem, die ik jaren later nog niet ben vergeten: het was een avond als vanouds in de keuken van mijn oma. Wij waren net aangekomen in Hongarije en zoals altijd had mijn oma dezelfde ‘ontvangstmaal’ bereid. Het was precies de scene die altijd plaatsvond, iedereen gezellig aan tafel met eten en drinken en een hoop gepraat. Op een gegeven moment werd het laat en mijn opa stond op van tafel. Hij had een kussen onder zijn hand. Ik vroeg hem: “waar ga je naartoe?” Hij antwoordde: “ik moet weer terug”. Hij zei het niet, maar met “teruggaan” wist ik dat hij bedoelde terug naar de hemel. Toen zei ik: “Ik wil niet dat je weggaat”. Waarop hij zei: “Maar ik ben elke dag bij je!” Dat was het einde van die droom.
Ik droom best vaak over hem. Je kent het wel dat je soms droomt over iemand en je weet dat het die persoon moet voorstellen, maar in je droom er óf anders uitziet of dat je geen gezicht ziet. Ik heb het geluk dat het bij mij nooit zo is. Als ik droom over mijn opa, is het écht mijn opa en precies hoe hij eruit zag.
Aangezien wij elkaar nooit meer zullen zien, voelen die dromen toch als een soort ontmoeting en heb ik hem weer even kunnen zien. En dat is heel fijn!